Ik heb het nog nooit gedaan dus ik denk wel dat ik het kan.

En zo zit ik dan met 4 mannen in de auto. Het is donker, het waait en de regen laat het licht van de lantaarnpalen glinsteren op het voorruit.

Echt een avond om in je kloffie bij het haardje op de bank te zitten met een glas wijn en Netflix. Ik vraag me af waarom ik dit ook al weer ging doen. Nooit heb ik er interesse voor gehad, ik hou er niet van en zelf kan ik het al helemaal niet.

Mijn kleine, inmiddels groter en minder blonde geworden God vroeg het me. Met zijn bruine ogen onder veel te mooie, lange, jaloersmakende zwarte wimpers, terwijl zijn koppie ietwat opzij gaat om vervolgens tegen me aan te vlijen. Op zo’n moment kan hij alles aan me vragen en ik zeg ja. Hij weet het. En daarom doe ik het en ga ik mee. Voor hem natuurlijk.

Als we aankomen is het megadruk en worden we door gele hesjes het parkeerterrein opgeleid. Ik heb er gelijk nog meer zin in als we bijna aan het eind van het terrein parkeren in de plassen. Gehuld in een dikke jas, Noorse kleed en mijn moonbootsen aan loop ik met de mannen naar de ingang. Samen met al die andere duizenden mannen. Want dat ik hier in de minderheid ben, is me gelijk duidelijk.

Ik voel het testosterongehalte met de minuut toenemen om mee heen.
Het is hun plek. Niet die van mij.

Aangezien het bijna gaat beginnen, lopen we naar onze plaatsen. In dit geval een plastic stoeltje zeiknat van de regen. De moed zakt in mijn bootsen en de gedachten aan het warme haardje swipe ik gauw kansloos weg. Manlief swipet inmiddels met zijn wollen winterjas onze stoeltjes droog. Blonde God gaat naast zijn vader zitten met naast hem zijn teammaatje en zijn vader. Neil Diamond met Sweet Caroline galmt uit de boxen voor een goede sfeer maar als ik kittig meezing, hoor ik twee plaatsen verderop dat ik hier vooral heel snel mee moet stoppen.

Het aantal lux aan verlichting moet gigantisch zijn.
Zo donker als het net was, hoe het nu is alsof we met herfst in het zomerlicht zitten. De stuifregen die door de wind gelukkig de andere kant op wordt geblazen, wordt verlicht alsof we in een film zitten. Niet gek want dat gevoel heb ik al een tijdje in deze setting. Ooit vanaf de bank een keer gezien op tv, maar nooit live. Het gaat nu dan echt gebeuren.

De stoeltjes zijn nagenoeg allemaal bezet als de klok tegenover ons laat zien dat het bijna gaat beginnen. Ze komen binnen lopen met een jongere versie van zichzelf aan hun hand. Die combinatie met de muziek en het voorstellen door het oplezen van de namen, maakt gelijk een Kleenex moment. Een traan? Hier? Nu? Zo niet in de juiste omgeving waar het manlijke testosteron duidelijk leidt en niet het vrouwelijke oestrogeen.

Die druppel op mijn wang was dus gewoon van de regen.

En dan gaat het beginnen. Thuiswedstrijd AZ tegen Willem II. Met onze kaartjes verkregen via de voetbalvereniging als jaarlijks terugkerende actie voor hun voetballende jeugdleden. Met ouders dus. Terwijl ik wegkruip onder mijn Noorse kleedje wordt er binnen 3 minuten al het eerste doelpunt gemaakt. Nee, helaas niet in het voordeel van de thuisspelers. De supporters van de tegenstander blijken in het vak naast ons te verblijven. Ze zingen, klappen en slaan op de kunststof wanden. Ik was er al bang voor en met te veel foute visoenen van diverse tv-beelden en dus al vet bevoordeeld voordat ik het zelf met eigen ogen en oren had mee gemaakt.

De wedstrijd vind ik ondertussen saai. Alhoewel ik er allesbehalve verstand van heb en nog steeds heel vrouwelijk cliché niet eens weet wat buitenspel is, vind ik het kluitjesvoetbal. Ik loop als langs-de-lijn-moeder een paar jaar mee met nu JO11 en sinds de zomer ook MO11. Dus deze uitspraak durf ik gewoon hardop te zeggen. Een paar uur eerder was ik nog getuige van een zeer spannende wedstrijd van de MO11. Wat een spanning, wat een actie, wat een lef en wat een spel! Zonder enige euro als beloning. In tegenstelling tot deze boys met aardig wat euri op hun naam. De linkerkant van het veld lijkt wel vies want ik zie ze alleen aan de rechterkant voortbewegen. Kan ook een bepaalde tactiek zijn die ik volledig mis natuurlijk.

De supporters in hét vak denken daar heel anders over. Ze zingen alsof ze thuis alleen onder de douche staan. Maar nu, even los van moeder de vrouw en de ketting van thuis, gezellig samen deels in de regen. De samenhorigheid is groot net als het plezier. Geen idee wat ze zingen maar ze kennen allemaal alles uit hun hoofd. In eerste instantie had ik toch ietwat angst van een stelletje hooligans die elk moment de toko kunnen afbreken. Opgesloten in een vak met behoorlijk wat gele hesje als begeleiding om hen heen.

Ook de ijzeren punten op de kunststof wanden tussen ons in, voorspellen weinig goeds. Ze krijgen voorlopig het voordeel van mijn twijfel.

Tijdens de limopauze is er een fijn rood wijntje voor moeders en voor de jongens een kidsbox om ons zo op te maken voor de tweede helft. Ik kan er nooit aan wennen dat de keeper dan weer aan de andere kant staat. Vergissen de rakkers O11 zich daar ook weleens in, neem ik aan dat deze boys dat niet doen. Het blijft saai en met een 0-2 ook niet echt enthousiasmerend (prachtig woord!). Mijn blik dwaalt af net alsof ik op school zit. Het scorebord trekt mijn aandacht. Gesponsord door Schaap en Citroen. Slaat als een Tang op een Varken wat mij betreft. Ook de gele M probeert al sponsorend een burgertje mee te pikken. Bij winst van de thuisclub een tweede Mac gratis, bij gelijkspel een Mc Kroket gratis. Ja, en wat als ze dan verliezen? Moeten wíj dan trakteren?

Ondertussen dwaalt mijn blik af naar de fotografen voor me die zowel zichzelf als hun apparatuur beschermen tegen de regen met hoezen. Zo te zien doen ze dit vaker maar het ziet er sneu uit zo in de stuivende regen. Mijn nieuwsgierigheid is groot naar het resultaat. Weer een bijzonder beroep om zo bij al die wedstrijden letterlijk in weer en wind te staan door het hele land met verschillende speeltijden. Ook verbaas ik me over de tribune rechts van me. Ik kijk letterlijk een paar keer of ik het goed zie. Een blindentribune? Ja hoor, ik zie het écht, briljant!

Ik kijk de tijd weg want de kou komt inmiddels overal doorheen. Ook de andere mannen zijn er inmiddels klaar mee. De wedstrijd bevat geen enkele spanning om het ook maar ietwat warmer van te krijgen. Nooit gedacht dat ik het zou denken of zeggen maar ik dank de supporters van de tegenstander voor hun enthousiasme en samenzang. Het maakte de wedstrijd een stuk aangenamer en gaf daadwerkelijk meer sjeu. Ik wens ze een goeie reis terug naar huis waar ze verder maar dan alleen kunnen zingen onder de warme douche. Want dat is precies wat ik nu ook het liefste wil. Zonder het zingen dan. Verder dan bibberen kom ik nu even niet.

Ik had het nog nooit gedaan. Dat kan ik nu niet meer zeggen. Ondanks de kou, regen en tegenvallende wedstrijd, vond ik het een prachtige ervaring. Volledig uit mijn comfortzone en ook nog eens bevooroordeeld. Samen met mijn mannen de beleving en niet alleen door te zien maar ook door te horen en te voelen wat is het om in een stadion te zitten en zo’n voetbalwedstrijd te ervaren. Je hoeft dus niet alleen maar te kijken door iets te zien. Die blindentribune is dus écht zo gek niet!